zondag 12 oktober 2008

Nobelidool

Eerlijk zeggen: had ù al van Jean-Marie Gustave Le Clézio gehoord voor hij de Nobelprijs voor Literatuur 2008 ontvangen had? Zo niet, dan hoeft u zich wat mij betreft niet te schamen; niets menselijks is mij vreemd. Bekendheid bij het grote publiek is zelfs eerder een handicap dan een troef voor al wie zich, tegen beter weten in, tot de kanshebbers voor de prestigieuze onderscheiding rekent. Het is met Nobelprijzen zoals met pausverkiezingen: wie als paus het conclaaf binnengaat, komt gegarandeerd als kardinaal weer buiten.

J.M.G. Le Clézio (foto: Salvador Garcia Bardón)

Met wat geduld kun je zo makkelijk een hele lijst aanleggen van grote literatoren die decennia na hun dood nog altijd tot het wereldwijd cultureel erfgoed behoren, maar geen Prijs op hun schoorsteenmantel (en bankrekening) hadden staan. Henrik Ibsen? Niet idealistisch genoeg voor het Comité - wat dat ook moge betekenen, maar soit. Mark Twain, Leo Tolstoj en Emile Zola: idem. Salman Rushdie en Arthur Miller dan maar? “Te populair”, heette het. Ook James Joyce niet? Nee, ook die niet. Als het nu nog Zweden waren geweest, dan misschien, want geloof het of niet: de schrijvende landgenoten van Alfred Nobel zijn vaker met de eer gaan lopen dan heel het Aziatisch continent tezamen. Kun je nagaan.

Toch doen we er goed aan, onze vrienden uit het oosten niet te onderschatten. Enkele uren voor de bekendmaking van de laureaat, bleken online gokkers verdacht veel geld op Le Clézio in te zetten. Zoveel zelfs, dat voorzitter Horace Engdahl vreesde voor een lek binnen de Zweedse Academie, die de prijs toekent. De speurtocht naar de mol is ongetwijfeld al in volle gang, maar het zou me niet verbazen mocht in dit verhaal vroeg of laat een gokchinees opduiken. Want laat er geen twijfel over bestaan: wie La Louvière kan infiltreren, draait zijn hand niet om voor een gefixte Nobelprijs meer of minder.

Waarom zouden we er, nu we toch bezig zijn, eigenlijk niet meteen een volwaardige wedstrijd van maken? Nobelidool 2008: eerst een preselectie via internet om het aantal deelnemers terug te brengen tot pakweg twintig, die dan in een wekelijkse tv-show komen voorlezen uit eigen werk. Het publiek stemt, de minst populaire moet naar huis en dat gaat zo door tot in een grandioze finale het Nobelidool 2008 plechtig wordt bekendgemaakt.

Gedaan met dat academisch gekonkel in allerlei achterkamertjes, leve de sms-democratie! Wie dat wil, kan volkomen legaal een gokje wagen: iedereen content, en met de opbrengst houden we de wereldwijde crisis in bedwang. Desnoods kunnen we al eens oefenen op kleinere schaal, in ons eigenste Vlaanderen bijvoorbeeld. Favorieten voor de titel (in willekeurige volgorde): Piet Huysentruyt, Sonja Kimpen en de ghostwriter van Sara – Mijn dagboek.

0 Comments:

Post a Comment