zaterdag 25 oktober 2008

Dylanologie

Verblijd en jubel! Begin deze maand verscheen Tell Tale Signs, het 8ste deel uit The Bootleg Series van Bob Dylan. Het is een nieuwe verzameling van zogenaamde abanadoned treasures: losse opnames en songs die op een of andere manier de albums niet haalden. Wees gerust, u zal hier geen saaie bespreking lezen. Neen, ik wil het hebben over de hoogst aparte impact die het verschijnen van dergelijke bootlegs kan hebben op sommige sujetten.  


Tell Tale Signs. Niet zomaar een plaat voor Dylanologen.


Fans van Bob Dylan ofte Robert Zimmerman, zijn immers een eigenaardig volkje. Niet alleen heeft hun gezamelijke idool al een hele resem toonaangevende albums bijeengeschreven, hij filmde daarnaast ook excentrieke documentaires als Don't Look Back (1967) en Eat The Document (1972), maakte kinderlijke tekeningen naar het voorbeeld van zijn muzikale peetvader Woody Guthrie, schreef nevelige Rimbaud-achtige dichtbundels als Tarantula (1971) en werkt momenteel aan het tweede deel van zijn vlijmscherpe literaire autobiografie Chronicles, Volume One (2004)

Bob Dylan is een artistieke duizendpoot en tegelijk één van die figuren die nog maar een melodische scheet hoeft te laten om de aandacht van een hongerige roedel muziekjournalisten te trekken.  

Daar komt nog bij dat Bawb volstrekt onvatbaar is als mens en performer: in de jaren '60 was hij de voortrekker van een generatie jonge rebelse hemelbestormers, in de late jaren '70 werd hij zowaar een New Born Christian. Ooit was hij de messias van de Amerikaanse folkrevival, maar jaren later werd hij vervloekt en verguisd door folkhardliners omdat hij het miljaarde aangedurfd had ordinaire rock 'n roll te gaan spelen. Journalisten legde Dylan steevast in de luren met ironische, sarcastische en soms  downright nonsensicale praat: 

You don't necessarily have to write to be a poet. Some people work in gas stations and they're poets. I don't call myself a poet because I don't like the word. I'm a trapeze artist. 
(Norah Ephron and Susan Edmiston, 1965)


Bob Dylan. Trapeze artist.

Dit alles zorgt ervoor dat een zichzelf respecterende Dylanfan nooit echt helemaal verzadigd is. Elke song, video, tekst of foto kan een nieuw stukje zijn van de immer onvolledige puzzel die Dylan is. En dan slaat de microbe genadeloos toe: liefhebbers worden fans, fans worden dwepers en dwepers worden uiteindelijk onuitstaanbare fanatiekelingen die niets liever doen dan betweterige details bovenhalen en bezield discussiëren over welk album nu eigenlijk het beste is: Blonde on Blonde (1966) of Blood on the Tracks (1975)?

Ik reken mezelf graag bij deze groep van pedante wijsneuzen. Dylan is de onbetwiste koning der singer-songwriters. En het beste album is Blood on the Tracks, dat weet elk helder denkend mens met twee goed functionerende oren. 

De beschreven aandoening kreeg dankzij een zekere A.J. Weberman (1945-) trouwens ook een naam: "dylanology". Volgens de mythe kreeg de heer Weberman op een zekere schooldag de volgende ingeving: "well fuck this shit man. Interpreting Dylan is a hundred times more interesting than going to school." En zo gebeurde het dat Weberman intensief de vuilniszakken van Bob Dylan begon te doorzoeken. Wat hij wilde leren van Bobs etensresten of een lege doos cracker jackers weet ik niet, maar Weberman werd zo wel een icoon voor latere dylanologen: "nooit genoeg, nooit tevreden, meer Dylan. ALTIJD MEER DYLAN."

Net als bij zo'n dylanoloog na enige tijd de begeerte begint te tanen, wordt er weer een nieuwe schijf vol vergeten pareltjes op de markt gegooid. De dylanoloog schrikt op. De dubbel CD is al weken voor de releasedatum gefundenes Fressen, maar toch wacht hij braaf en reikhalzend af. Als hij de CD's dan eindelijk gekocht heeft en ze in de stereo schuift, voelt hij zich als een stoepjunk die zich na dagen van cold turkey alsnog een flinke spuit in de aderen ploft. Downloaden zegt u? Doe normaal. Dylan downloadt men niet.

Om af te sluiten verwijs ik geïnteresseerden nog snel naar Tangled up in Blue, een lukrake song vanop het eerder vermeldde Blood on the Tracks. En mocht u het niet met me eens zijn, laat me dat dan vooral weten. Dan kunnen we ons, beiden tangled up in Bob, samen alweters wanen.